Verbetering van het Nederlandse staatsbestel

Drie essays van deelnemers van de Masterclass van SGPJ toegelicht

MIDDELHARNIS- Is het Nederlandse staatsbestel dringend aan verbetering toe? “Dringend niet, maar ik zie wel reden tot verandering.” Dat zei de winnaar van de essaywedstrijd die werd gehouden als slot van de masterclass van de SGP-jongeren.  Deze masterclass over de achtergronden en actualiteit van christelijke politiek werd afgelopen voorjaar georganiseerd in samenwerking met het Wetenschappelijk Instituut van de SGP.  De SGP-jongeren Flakkee nodigde drie deelnemers aan de wedstrijd uit om op 18 oktober hun betoog te presenteren en met elkaar in gesprek te gaan over de overeenkomsten of de verschillen in visie. 

De stelling waar de zeven essayschrijvers hun mening over moesten geven was: ‘Het Nederlandse politieke bestel is dringend aan verbetering toe.’  Marius de Kok, winnaar van de wedstrijd, gaf als eerste een toelichting op zijn essay. Hij stelt dat er inderdaad ingegrepen moet worden in ons politiek bestel omdat de democratie anders op hol kan slaan. Er moeten echter eerst twee andere vragen beantwoord worden, namelijk wat het politiek bestel inhoudt en wat het doel ervan is. Een politiek bestel ziet Marius als een geheel aan instituties dat zorg draagt voor de wetgeving die het leven van de burgers reguleert. Het gaat dus puur om een wetgevende functie.

Het doel van een politiek bestel is tweeledig. Allereerst heeft het politieke bestel een verantwoordelijkheid ten aanzien van de huidige generatie van burgers. Het is namelijk de taak van de overheid om de orde onder de bevolking te handhaven, anders zou onze samenleving verworden tot een volkomen anarchie.  Daarnaast heeft het politieke bestel een verantwoordelijkheid ten aanzien van de komende generatie. Het moet een stabiel geheel aan instituties nalaten.

Democratisme
Hoe wordt een politiek bestel nu stabiel? Gods Woord zegt daar niets expliciet over. Vanaf Plato zijn er echter vele filosofen die het gemengde politieke bestel, de res publica mixta, aanhangen. In de res publica mixta worden drie staatsvormen opgenomen en gemengd: de monarchie, de aristocratie en de democratie. In Nederland zijn alle drie de staatsvormen terug te zien. De democratie voert echter wel de boventoon. Marius:  “Mijns inziens is de democratie in Nederland niet alleen meer staatsvorm, maar is ze verworden tot ideologie: democratie is de norm voor alles. Alles moet democratisch. Democratisme noem ik dat: de ideologie dat democratie de hoogste norm is voor menselijk samenleven.” Daarnaast laat ook de pers de weegschaal zwaar doorslaan naar democratie.

Er moet weer balans in het Nederlandse politieke bestel komen, maar hoe? Allereerst door het monarchistisch element te versterken, stelt Marius. Daarnaast moet ook het aristocratische element sterker worden. Aan de Raad van State kan een vetorecht gegeven worden, zodat ze de wetgeving kan tegenhouden. Zo ontstaat er weer een evenwichtige res publica mixta, aldus Marius.

Lange houdbaarheidsdatum democratie 
Rick Moeliker, die ook heeft meegedaan aan de essaywedstrijd, vraagt vooral aandacht voor de positieve kanten van de democratie. “Een groot voordeel van de democratie is dat het beschermt voor machtswellust.”  Civil Society is een uitstekende, de beste mogelijke, bescherming tegen een tirannieke meerderheid. Daarnaast stimuleert een democratie ook tot participatie, het daagt uit tot het dragen van verantwoordelijkheid. “Het is deze combinatie die de democratie haar lange houdbaarheidsdatum geeft.” De overheid blijft de taak van het handhaven van de orde houden. Echter mentaliteitsverandering is noodzakelijk. Het verantwoordelijkheidsgevoel van de bevolking is weg. Individualisme ondergraaft de democratie. De vier kardinale deugden zouden weer terug moeten komen. Rick roept op om nuchter te zijn en te leven in het besef dat deze wereld slechts een tijdelijke orde betreft.

Verandering door onveranderd politiek bestel
Ook Marco in’t Veld, die de derde prijs bemachtigde, geeft aan een voorstander te zijn van de handhaving van de res publica mixta. De verschillende staatsvormen neutraliseren immers elkaars negatieve kanten. Marco is positiever dan Marius. Wat de grote lijn betreft hoeft er niets te veranderen. De begrippen en vormen kunnen zo gehandhaafd blijven.

Er bestaat een kloof tussen praktijk en theorie. Bij denkers van de Franse Revolutie was er een praktisch falen. Het politieke systeem moet werken in de praktijk. En dit niet alleen, het politieke bestel moet ook als een historische resultante beschouwd kunnen worden. Er is een geschiedenis nodig waarin het systeem werkt en bovendien mag het niet strijden met Gods Woord. Wat dat betreft is verandering voor het Nederlandse politieke bestel niet bepaald dringend.

Marco wil een belangrijke kanttekening maken.  Kritische participatie is nodig. Sinds de Franse Revolutie gaat er een verkeerde politieke geest schuil  achter het prachtige politieke bestel. De betekenis van de begrippen is totaal veranderd.

Is er nog hoop? Jazeker. De grond van de hoop ligt vast in de Heere.  Aalders doet een beroep op een ‘geestelijke aristocratie’.  De opdracht is getuigen, belijden. Marco eindigt met het bekende citaat van Groen: “Altijd een waarheid is er, wier belijdenis, terwijl men aan de ganse waarheid vasthoudt, speciaal belang heeft (…). Ten aanzien van die waarheid is plichtsbetrachting en moedbetoon aan de orde van de dag.”